Nu de zomerperiode voorbij is, is het weer tijd om
met nieuwe energie aan de slag te gaan. Een aantal leden van de
werkgroep Rijksbrede Bedrijfsvoering heeft drie keer per jaar een
gesprek met de directoraat-generaal Digitalisering en
Overheidsorganisatie (DGDOO) die vanuit die rol voorzitter is van
de ICBR: de Interdepartementale Commissie Bedrijfsvoering Rijk.
De ICBR is samengesteld uit de plaatsvervangend
secretarissen-generaal (pSG) van de ministeries en de
plaatsvervangend directeuren-generaal (pDG) van de grote
uitvoeringsorganisaties binnen het Rijk en neemt besluiten over
de rijksbrede bedrijfsvoering, het goed functioneren van de
Rijksdienst en de organisatie van het Rijk. Ook stelt de ICBR
kaders vast en maakt beleid. De besluiten die de ICBR neemt
zijn van toepassing op de hele ambtelijke organisatie van het
Rijk.
Door omstandigheden heeft er dit jaar nog geen overleg tussen de
GOR Rijk en de voorzitter ICBR plaatsgevonden. Er is natuurlijk
wel veel gebeurd binnen het Rijk (bijvoorbeeld het nieuwe kabinet
en het hoofdlijnenakkoord) en binnen de ICBR zelf. Te veel
onderwerpen om tijdens dit overleg alles diepgaand te bespreken.
Een van de onderwerpen die aan de orde is geweest is de mogelijke
sluiting van bepaalde rijkspanden tijdens de kerstperiode.
Hierover zal de GOR Rijk in oktober een adviesaanvraag krijgen.
En uiteraard is de taakstelling aan de orde gekomen. Er is binnen
het kabinet gesproken over een centrale regie op de taakstelling
door de coördinerend minister voor de Rijksdienst (de minister
van BKZ). Er is overeengekomen dat er een ministeriele commissie
komt.
De nieuwe werkwijze van de ICBR zelf is ook aan orde gekomen.
Doel van deze nieuwe werkwijze is het vergroten van de
sturingskracht en meer strategisch sturen. Naar aanleiding van de
laatste twee onderwerpen heeft de GOR Rijk nogmaals verwezen naar
zijn brief aan de informateur waarin
wordt gevraagd op een herbezinning van artikel 44 van de
Grondwet. De GOR Rijk pleit voor sterkere sturing op rijksbrede
onderwerpen.
Ook is er nog gesproken over de betrokkenheid van de
medezeggenschap bij benoeming van topbestuurders binnen het Rijk.
De GOR Rijk heeft daarvoor een notitie gemaakt. Deze notitie is
eerder met de DG ABD besproken en is met interesse ontvangen. Ook
de DGDOO gaf aan open te staan voor het maken van afspraken om de
rol van de medezeggenschap te borgen. Afgesproken is dat zij
hierop korte termijn terugkomt.
Als laatste is nog gesproken over de sturingsfilosofie. Ook
hierover heeft de GOR Rijk in zijn brieven aandacht voor
gevraagd. Het new public management (NPM) dat binnen de
Rijksoverheid een gemeengoed is geworden, zorgt echter ook voor
diverse problemen. Het sturen op alleen efficiency en
kostenbesparing gaat voorbij aan de maatschappelijke taken die
een overheid dient te hebben. De GOR Rijk heeft aangegeven dat
“waarde gedreven” handelen onderdeel van de nieuwe
sturingsfilosofie moet zijn.
In november staat het volgende overleg met de DGDOO op de
planning en dan horen jullie meer over deze interessante
ontwikkelingen.
|