Deze zomer interviewen we als GOR Rijk een aantal interessante collega’s. Wat gaan ze de komende periode doen, waar houden zij zich door het jaar heen mee bezig en welke tips hebben zij voor collega’s die thuisblijven deze zomer? Leer onze zomergasten beter kennen in deze zomerspecial! Deze week zijn dat André Weimar en Marien den Boer van het Rijksprogramma Hybride Werken.

 

Marien: Ik ben net een paar dagen terug van vakantie, wij zijn heerlijk weg geweest naar Groot-Brittannië, een mooie reis met de boot. Dit is voor mij de eerste keer dat ik na de Brexit daar geweest ben en het viel me op dat ik aan twee kanten weer langs de douanecontrole moest. Je verwacht het niet, maar het was ongelofelijk warm tijdens onze vakantie. Ons gehuurde huisje had een zwembad, dat was heerlijk! We houden van wandelen en hebben ook een dagje Londen gedaan. Mijn jongste dochter van 8 jaar had de laatste weken op school een project gedaan over Engeland, nu kon ze het in levende lijve zien. Mijn oudste dochter is 11 jaar, die doet tijdens de wandelingen goed mee, mijn jongste moet ik soms een beetje motiveren…

André: Ik mag nog met vakantie, ik ga samen met mijn vrouw naar Sardinië; mijn kinderen zijn inmiddels volwassen dus die gaan niet meer mee. Ik heb ook al twee kleinkinderen, de hele familie komt wel regelmatig eten, dit weekend doen we dat hopelijk met zijn allen in de tuin. In Sardinië ben ik nog niet eerder geweest, wel kom ik graag in Italië. Duiken is mijn hobby en ik duik graag op plekken die ik niet ken. De Noordzee en Zeeland zijn prachtig, maar ik heb ook gedoken in bijvoorbeeld Thailand of Burma. Ook op Sardinië schijn je prachtig te kunnen duiken, dus daar ben ik wel benieuwd naar. Je hebt er sowieso mooie natuur, een azuurblauwe zee en lekker eten, dus dat klink veelbelovend. Behalve duiken, ben ik dol op wandelen en fietsen, ook doe ik aan motorrijden, als het maar lekker buiten is! We maken de reis op een bijzondere manier, we gaan met de auto naar Toulon, een stad in Frankrijk, vanaf daar nemen we de nachtboot. Je kan daar aan boord lekker eten en daarna slapen, de volgende dag ben je er.

 

Marien: Inmiddels ben ik al weer een paar dagen aan het werk. André heeft goed op de winkel gepast, dus ik kan makkelijk weer beginnen. We zijn heel druk bezig met het schijven van de beleidsvisie op hybride werken. Ik heb voor mijn vakantie de eerste aanzet gedaan, André heeft tijdens mijn vakantie verder geschreven en nu heb ik het weer overgenomen van hem.

André: Ja dat gaat heel goed zo, we maken er een kleine estafette van. We zijn een duo op het werk, ik ben de programmadirecteur van het Rijksprogramma Hybride Werken en Marien werkt als programmacoördinator. In het programma zitten ook collega’s die andere aandachtgebieden hebben, zoals personeelszaken. Het kernteam bestaat uit zes personen en daar omheen zijn er natuurlijk nog veel meer mensen betrokken.

In COVID-tijd zijn we gestart met een crisisteam vanuit BZK, dit was heel erg gericht op de praktische zaken: er moesten stickers komen, aangepaste werkplekken, implementatie van de juiste ICT zoals Webex. Er was van alles en nog wat te doen! Vanuit dit crisisteam hebben we doorgestart gemaakt tot het Rijksprogramma Hybride Werken. In dit programma proberen we te kijken naar de toekomst van hybride werken en hoe we dit op een goede manier kunnen vormgeven. Je merkt dat mensen in de corona-tijd anders zijn gaan werken. Je maakt keuzes: welk werk doe ik thuis en welk werk doe ik op kantoor. Het is inmiddels een vast onderdeel geworden van ons werk, dus we moeten er goed mee leren omgaan.

 

Marien: Ik ben in 2020 overgestapt van EZK naar BZK, dat was wel een rare ervaring, je nam afscheid van je oude team in een digitale vergadering en maakte ook op deze manier kennis met het nieuwe team. Samen met een aantal anderen ben ik toen, in opdracht van de Interdepartementale Commissie Bedrijfsvoering Rijksdienst (ICBR), aan de slag gegaan met het creëren van een visie op de toekomst van werken bij het Rijk. Dat was een heel traject dat uiteindelijk de Ambitie Rijk 2022 heeft opgeleverd. Het is bijzonder om te zien dat, ondanks al het werken op afstand, het meeste werk gewoon gedaan kan worden. Wel is het heel fijn om elkaar af en toe face-to-face te zien.

André: Sommige dingen moet je niet digitaal doen. Soms moet je elkaar fysiek ontmoeten om elkaar goed te kunnen begrijpen, lichaamstaal is bijvoorbeeld belangrijk bij sommige gesprekken. Andere gesprekken kunnen makkelijk digitaal, een voordeel is dat je dan geen reistijd hebt en dat je snel van de ene naar de andere vergadering kan. Je moet wel opletten dat je niet de hele dag achter een schermpje zit, dat deden we in het begin veel. Nu weten we wel dat pauzes belangrijk zijn en dat je ook even tussendoor een frisse neus moet kunnen halen.

Marien: Met het team zijn we elke woensdag op kantoor, dan hebben we ons overleg. En verder kijk ik per week wat handig is. Toevallig is mijn dochter niet lekker vandaag en kan ik dan thuis werken en een oogje in het zeil houden; die flexibiliteit is voor mij een groot voordeel. Ik krijg ook wel energie van de afwisseling, het is interessant om op verschillende plekken in het land te kijken hoe mensen werken.

André: We zijn de afgelopen tweeëneenhalf jaar bezig geweest met hybride werken: wat kunnen we zeggen over de condities, hoe kunnen we mensen dit op een goede en veilige manier laten doen. We hebben gekeken naar de kantoorbezetting, naar wat de collega’s denken en willen, en wat hierin de trends zijn. We hebben hier een visiedocument over opgesteld, daar wordt op dit moment naar gekeken door een stuurgroep, ook de voorzitter van de GOR Rijk zit hier in. We willen zo’n stuk graag door alle gremia loodsen, zodat we een gezamenlijke visie hebben: zo gaan we acteren de komende jaren. Hybride werken is een blijvertje, dat biedt mogelijkheden maar ook risico’s. De manieren waarop we samenwerken is door het hybride werken enorm vergroot. Je komt makkelijker in contact met elkaar, denk bijvoorbeeld aan gemeenten of andere organisaties buiten het Rijk of collega’s die werken in een ander stuk van Nederland dan waar jij werkt. Voor de overheid is dit echt een kans om het samenwerken verder te krijgen. Ook hoeven mensen niet meer dicht bij hun werk te wonen en dat biedt weer mogelijkheden om een mooier, voordeliger of passender huis uit te zoeken. Op deze manier is de Rijksoverheid ook een aantrekkelijke werkgever.

Het risico is wel dat je niet iedereen over één kam kan scheren. Voor sommige beroepen is thuiswerken of andere vormen van hybride werken geen mogelijkheid omdat het niet bij het werk past. Denk bijvoorbeeld aan het werk in een penitentiaire inrichting of werk in de facilitaire dienst. Hoe geef je hier op een goede manier leiding aan en hoe werkt dat bijvoorbeeld met standplaatsen; zijn de gebouwen nog wel geschikt, hebben collega’s de juiste spullen… Allemaal nieuwe informatie.

Marien: Het mooie aan de geschreven visie is dat het houvast geeft op de langere termijn. We proberen een Rijksbreed beeld te scheppen, waar de departementen dan verder zelf invulling aan kunnen geven. Waar we naartoe willen, wordt wel steeds scherper en daar zit ook visie in. Wat we niet moeten vergeten, is dat het niet voor vandaag of morgen is, we moeten misschien gebouwen verbouwen of andere aanpassingen doorvoeren, dat kost tijd.

Laten we vooral blijven leren met elkaar, we hebben een bepaalde verwachting richting 2027 omdat dat houvast biedt, tegelijkertijd hebben we niet alle antwoorden. We willen alle collega’s vragen: blijf nieuwsgierig, blijf meedenken, blijf proberen. Hybride werken is geen “one size fits all” dus het vraagt een diverse aanpak. Onze slogan is niet voor niks ‘’Wat werkt voor ons’’.

Hybride werken is tegenwoordig een standaard link in je favorieten op Rijksportaal. Daar kan je veel informatie vinden bijvoorbeeld over arbeidsvoorwaarden, we werken hierin ook samen met P-direkt en FM-haaglanden. Als je ideeën hebt, laat het ons dan weten via onze contactpagina of bespreek het met je leidinggevende. Bekijk ook onze factsheet online of maak een connectie via onze LinkedIn-pagina. Vergeet niet: hybride werken is geen doel op zich, we moeten uiteindelijk Nederland beter maken om de maatschappelijke opgaven beter op te kunnen lossen.

Op 12 september ben ik aanwezig op de GOR-DOR-dag die wordt georganiseerd door de GOR Rijk, daar ga ik graag het gesprek aan met medezeggenschapsleden over dit interessante en ook ingewikkelde onderwerp. Alle DB-leden en medezeggenschapsondersteuners van de DOR-en zijn welkom, dus meld je aan!

 

Dit was het laatste zomerinterview in deze reeks, wil je de voorgaande interviews teruglezen? Klik dan hier.